Overzicht belangrijkste belastingen in 2009
Op deze pagina vindt u een overzicht van de belangrijkste belastingtarieven die gelden voor het kalenderjaar 2009. De belastingtarieven in andere jaren vindt u via de links onderaan deze pagina.
Belastingen 2009 – box 1
In box 1 worden het inkomen uit werk en woning belast. Hieronder ziet u de belastingtarieven voor de inkomstenbelasting voor box 1 voor het jaar 2009.
Inkomsten in box 1 | tot 65 jaar | vanaf 65 jaar |
---|---|---|
IB Schijf 1: t/m 17.878 | 33,50% | 15,60% |
IB Schijf 2: 17.879 t/m 32.127 | 42,00% | 24,10% |
IB Schijf 3: 32.128 t/m 54.776 | 42,00% | 42,00% |
IB Schijf 4: vanaf 54.777 | 52,00% | 52,00% |
Voor meer info over box 1, klik hier
Belastingen 2009 – box 2
In box 2 wordt het inkomen uit aanmerkelijk belang belast. In box 2 geldt een vast tarief over het gehele belastbare inkomen. In 2009 is dat basistarief 25%.
Voor meer info over box 2, klik hier
Belastingen 2009 – box 3
In box 3 worden de inkomens uit sparen en beleggen belast. Over het belastbaar inkomen in box 3 diende u in 2009 1,2% inkomstenbelasting te betalen. Hierbij gold in 2009 per belastingplichtige een heffingvrij vermogen van 20.661 euro. Belastingplichtigen die het gezag uitoefenen over minderjarige kinderen, hadden in 2009 bovendien recht op een extra heffingvrij vermogen van 2.762 euro per kind (per ouderlijk stel).
Voor meer info over box 3, klik hier
Successierecht 2009
Hieronder zetten wij de groepsindeling en de successietarieven voor 2009 op een rij:
- Groep 1: kinderen / echtgenoot / geregistreerd partner / ongehuwd samenwonende (artikel 24 lid 2 letter a, b en c)
- Groep 1B: kleinkinderen en achterkleinkinderen
- Groep 2: broers / zusters / ouders / (over)grootouders
- Groep 3: andere verkrijgers
Belaste verkrijging (2009) | Groep 1 | Groep 1B | Groep 2 | Groep 3 |
---|---|---|---|---|
0 – 22.763 | 5% | 8% | 26% | 41% |
22.763 – 45.519 | 8% | 12,8% | 30% | 45% |
45.519 – 91.026 | 12% | 19,2% | 35% | 50% |
91.026 – 182.042 | 15% | 24% | 39% | 54% |
182.042 – 364.073 | 19% | 30,4% | 44% | 59% |
364.073 – 910.163 | 23% | 36,8% | 48% | 63% |
910.163 en meer | 27% | 43,2% | 53% | 68% |
Het tarief is een zogenaamd schijventarief. Dat wil zeggen dat iemand in Groep 1 over de eerste €.22.763,00 5% belasting moet betalen. Indien meer wordt verkregen, moet over het bedrag van € 22.763,00 tot € 45.519,00 8% belasting worden betaald, enz.
Bij het successierecht gelden de volgende vrijstellingen:
Verkrijger | Vrijgesteld bedrag (2009) |
---|---|
Echtgenoot / geregistreerd partner | 532.570 |
Ongehuwd samenwonende (met samenlevingscontract, minimaal 6 maanden samengewoond voor overlijden) | 532.570 |
Ongehuwd samenwonende (overige situaties)
|
532.570 213.026 159.769 106.510 1.976 |
Meerrelatie
|
266.288 213.026 159.769 106.510 1.976 |
Jonge kinderen | 4.556 voor elk jaar jonger dan 23 jaar, met een minimum van 10.323 |
Oudere kinderen (ouder dan 23 jaar) | Indien de verkrijging lager is dan 27.309, dan is de vrijstelling 10.323. Anders is er geen vrijstelling. |
Invalide kinderen jonger dan 23 jaar | 4.556 voor elk jaar jonger dan 23 jaar, met een minimum van 13.658 |
Invalide kinderen ouder dan 23 jaar | 10.323 |
Ouders | 45.513 |
Andere bloedverwanten in rechte lijn | 10.323 (vrijstelling vervalt als de verkrijging hoger is dan 10.323) |
Kerkelijke, levensbeschouwelijke, charitatieve, culturele, wetenschappelijke of het algemeen nut beogende instellingen | Vrijgesteld |
Andere verkrijgers | 1.976 |
Voor meer info over het successierecht, klik hier
Schenkingsrecht 2009
De belastingtarieven die geheven worden over schenkingen zijn exact gelijk als de hierbovenvermelde successietarieven. Er gelden echter andere vrijstellingen.
Hieronder zetten wij de groepsindeling en de tarieven voor 2009 op een rij:
- Groep 1: kinderen / echtgenoot / geregistreerd partner / ongehuwd samenwonende (artikel 24 lid 2 letter a, b en c)
- Groep 1B: kleinkinderen en achterkleinkinderen
- Groep 2: broers / zusters / ouders / (over)grootouders
- Groep 3: andere verkrijgers
Belaste verkrijging (2009) | Groep 1 | Groep 1B | Groep 2 | Groep 3 |
---|---|---|---|---|
0 – 22.763 | 5% | 8% | 26% | 41% |
22.763 – 45.519 | 8% | 12,8% | 30% | 45% |
45.519 – 91.026 | 12% | 19,2% | 35% | 50% |
91.026 – 182.042 | 15% | 24% | 39% | 54% |
182.042 – 364.073 | 19% | 30,4% | 44% | 59% |
364.073 – 910.163 | 23% | 36,8% | 48% | 63% |
910.163 en meer | 27% | 43,2% | 53% | 68% |
Het tarief is een zogenaamd schijventarief. Dat wil zeggen dat iemand in Groep 1 over de eerste €.22.763,00 5% belasting moet betalen. Indien meer wordt verkregen, moet over het bedrag van € 22.763,00 tot € 45.519,00 8% belasting worden betaald, enz.
Voor meer info over het schenkingsrecht, klik hier
Belangrijkste heffingskortingen 2009
Een heffingskorting is een bedrag dat in mindering wordt gebracht op de te betalen belasting.
Hieronder vindt u een overzicht van de belangrijkste heffingskortingen in het jaar 2009:
Verkrijger | Bedrag | Perc | Toelichting |
---|---|---|---|
Algemene heffingskorting (tot 65 jaar) | 2.007 | Geldt voor iedere belastingplichtige die jonger is dan 65 jaar. | |
Algemene heffingskorting (vanaf 65) | 935 | Geldt voor iedere belastingplichtige die 65 jaar of ouder is. | |
Arbeidskorting (inkomens tot 40.000 euro bruto)
|
1.504 (max) |
Geldt voor iedereen die een inkomen heeft uit tegenwoordige arbeid. De arbeidskorting is afhankelijk van inkomen en leeftijd. | |
Arbeidskorting (inkomens vanaf 40.000 euro bruto)
|
1.480 (max) |
Geldt voor iedereen die een inkomen heeft uit tegenwoordige arbeid. De arbeidskorting is afhankelijk van inkomen en leeftijd. | |
Doorwerkbonus
|
2.296 (max) 3.214 (max) 4.592 (max) 918 (max) 918 (max) 459 (max) |
5% 7% 10% 2% 2% 1% |
Geldt voor werkende mensen van 62 jaar en ouder met een inkomen uit werk van tenminste € 8.860 en max € 54.776. |
Combinatiekorting (inkomensafhankelijk) | 1.765 (maximaal) | Geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders (inkomen > 4.619) die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. | |
Alleenstaande ouderkorting | 902 | Geldt voor alleenstaande ouders die samenwonen met kinderen die jonger zijn dan 27 jaar. | |
Aanvullende alleenstaande ouderkorting | 1.484 | Geldt voor alleenstaande, werkende ouders die samenwonen met kinderen die jonger zijn dan 16 jaar. | |
Ouderenkorting | 661 | Geldt voor belastingplichtinden van 65 en ouder die een verzamelinkomen hebben van niet meer dan 34.282. | |
Alleenstaande ouderenkorting | 410 | Geldt voor iedere belastingplichtige die recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. | |
Jonggehandicaptenkorting | 678 | Geldt voor mensen die een Wajonguitkering ontvangen en die niet in aanmerking komen voor een ouderenkorting. | |
Levensloopverlofkorting | 195 (maximaal per spaarjaar) | Geldt voor mensen die gespaard hebben binnen de levensloopregeling. Het bedrag bedraagt maximaal € 195 voor elk jaar, waarin u geld gestort hebt in uw levensloopregeling. |
Voor meer info over heffingskortingen, klik hier
- Belastingtarieven 2006
- Belastingtarieven 2007
- Belastingtarieven 2008
- Belastingtarieven 2009
- Belastingtarieven 2010
- Belastingtarieven 2011
- Belastingtarieven 2012
- Belastingtarieven 2013
- Belastingtarieven 2014
- Belastingtarieven 2015
- Belastingtarieven 2016
- Belastingtarieven 2017
- Belastingtarieven 2018
- Belastingtarieven 2019
- Belastingtarieven 2020
- Belastingtarieven 2021
- Belastingtarieven 2022
- Belastingtarieven 2023